Zak- en kleedgeld
Vanaf 1 januari 2024 veranderden er regels voor de Jeugdwet en het Besluit Jeugdwet. De aangepaste regels zeggen iets over hoe hoe zak- en kleedgeld wordt gegeven aan kinderen en jongeren in de residentiële jeugdhulp (inclusief gezinshuizen). Onderaan deze pagina en via deze link vind je de door het JWB gemaakte jongerenvriendelijke versie.
De officiële documenten hieronder kun je gebruiken om je organisatie meer informatie te geven:
- De ‘Handreiking Zak- en kleedgeld’ legt deze regels verder uit.
- De officiële regeling.
Veel gestelde vragen
-
Voor welke jongeren geldt de regeling?
Voor alle kinderen en jongeren vanaf 6 jaar (met en zonder voogdijmaatregel) die meer dan een maand wonen in de residentiele jeugdzorg. Hieronder vallen kleinschalig verblijf, kamertrainingcentra, gesloten jeugdhulp en gezinshuizen, maar geen pleegzorg. Kinderen vanaf 6 jaar hebben recht op zakgeld en kinderen vanaf 12 jaar hebben daarnaast ook recht op kleedgeld.
-
Is er een verschil voor jongeren met en zonder voogdij?
Nee, het gaat erom dat je meer dan een maand woont in de residentiele jeugdzorg. Het maakt niet uit of je hier woont met of zonder voogdij.
-
Hebben jongeren recht op zak- en kleedgeld met terugwerkende kracht (vanaf 1 januari 2024)?
Als een jongere op 1 januari 2024 meer dan een maand verbleef in de residentiele jeugdzorg, dan heeft de jongere vanaf die datum recht op zak- en kleedgeld volgens de Regeling Jeugdwet.
-
Wat kun je doen als ouders en de organisatie naar elkaar blijven wijzen?
Als je ouders geen zak- en kleedgeld betalen, dan moet je jeugdhulpaanbieder je dit geven. Als je jeugdhulpaanbieder je dit niet geeft, dan moet je contact zoeken met een leidinggevende binnen die organisatie. Je kan ook een klacht indienen of een vertrouwenspersoon benaderen. Je kan verder altijd contact zoeken met Jeugdstem voor hulp! (Zie contactgegevens op de poster.)